In ons werk worden we vaak geconfronteerd met onduidelijkheden en onzekerheden. We weten namelijk niet precies hoe de toekomst eruitziet en hoe onze samenwerking zal verlopen wanneer onze belangen uiteenlopen. Hoewel we allemaal verschillend zijn, hebben mensen wel een gedeelde behoefte aan controle en voorspelbaarheid. In onzekere situaties zoeken we vaak houvast in ‘zeker weten’, wat kan leiden tot polarisatie en wij-zij-denken. Dit belemmert de samenwerking en het lerend vermogen.
Echter, ‘samen weten’ is in de praktijk makkelijker gezegd dan gedaan.
Onze behoefte aan voorspelbaarheid is diep geworteld en evolutionair bepaald. Dit verandert niet zomaar. We kunnen echter leren om op een meer betekenisvolle manier houvast te vinden. Dit doen we door ons bewust te zijn van onze neiging naar ‘kennis bezitten’ en ons te richten op ‘kennis delen’. Dit vraagt om openheid en het delen van relevante informatie. Door ideeën, beelden, gedachten en gevoelens op tafel te leggen, kunnen we verschillende perspectieven bespreken en samen tot betere oplossingen komen.
Dit betekent niet dat je altijd alles moet delen. Het gaat erom dat je informatie deelt met de juiste personen op het juiste moment, zodat samenwerking mogelijk wordt. Werkrelaties waarin we ons niet thuis voelen, leiden eerder tot overleven dan tot samenwerking en creativiteit. Onze relatie beïnvloedt ons gedrag en andersom. De mate waarin we eerlijk en aandachtig zijn naar elkaar, bepaalt hoe we elkaar zien. Vertrouwen en openheid zijn cruciaal; we moeten er zeker van zijn dat onze informatie en wijzelf welkom zijn.
We maken constant inschattingen over onze werkrelaties en besluiten hoe we onszelf laten zien. Deze inschattingen zijn gebaseerd op de verhalen die we onszelf vertellen over onze relaties met anderen. We kunnen onszelf de opdracht geven te ontspannen of juist alert te zijn, afhankelijk van de situatie.
Om te leren van verschillende perspectieven, is het belangrijk om een ‘meerzijdig frame’ te hanteren. Dit betekent dat we erkennen dat iedereen vanuit zijn eigen plek en positie waarneemt, wat overeenkomsten en verschillen met zich meebrengt. We verkennen elkaars perspectieven zonder vooraf bepaalde uitkomsten, met als doel te ontdekken wat dat oplevert.
Door helder te zijn over wat we zelf zien en nieuwsgierig naar wat anderen zien, kunnen we samen tot betere keuzes en oplossingen komen. Dit bevordert commitment en betrokkenheid bij de gekozen oplossingen.
Het werken aan complexe vraagstukken vraagt om samenwerking en het delen van perspectieven. Dit vereist sterke werkrelaties, open communicatie en een bewustzijn van onze neiging naar zekerheid. Door ons te richten op ‘samen weten’ en lerende gesprekken, kunnen we gezamenlijk tot slimme en effectieve oplossingen komen.
Voorbeelden van domeinen waarin we samenwerken om complexe vraagstukken in te vullen zijn nationale veiligheid, gebiedsontwikkeling en waterbeheer. Hierbij gaat het vaak om gefragmenteerde vraagstukken met onderlinge verbanden die alleen in samenhang zijn op te lossen. Dit betekent vrijwel altijd de betrokkenheid van meerdere stakeholders en organisaties.
Met de Versnellingskamer geef je alle stakeholders een stem en betrek je deze optimaal bij het beleids- en besluitvormingsproces. De Versnellingskamermethode is om die reden bij uitstek geschikt voor vraagstukken waarin meerdere personen en/of organisaties een belang hebben en die over het algemeen complexer van aard zijn of die vragen om onderhandeling.
Hoe gaat dat in de praktijk? De Versnellingskamer is een fysieke bijeenkomst met zorgvuldig geselecteerde deelnemers (experts en andere belanghebbenden) uit het desbetreffende werkveld van het vraagstuk. Een typische Versnellingskamer bijeenkomst duurt ongeveer vier uur, waarvan deelnemers ongeveer één uur besteden aan het invoeren van hun input in het systeem (GDSS). De overige tijd wordt besteed aan groepsdiscussies, geleid door onze consultants, waarin inzichten worden gedeeld en argumenten worden gewogen.
Hoewel de GDSS software een ondersteunende rol speelt in het verzamelen en analyseren van data, ligt de nadruk op het voeren van het juiste gesprek tussen de deelnemers. Deze sessies helpen om een gemeenschappelijk beeld te vormen van de verschillende perspectieven, wat bijdraagt aan het bereiken van consensus over de uiteindelijke beslissingen. De methodiek bevordert inclusiviteit, snelheid en het benutten van de collectieve wijsheid van de groep.
De deelnemers (expertgroepen of deskundigen) vullen individueel antwoorden in en worden vervolgens geconfronteerd met elkaars antwoorden, kennis of standpunten. Daarna volgt een terugkoppeling mechanisme; verkregen informatie wordt vastgelegd en aan de deelnemers teruggekoppeld.
Het gaat bij de terugkoppeling niet alleen om de feitelijke antwoorden, maar vooral ook om de argumenten en de overwegingen die aan die antwoorden ten grondslag liggen, zodat een probleem of onderwerp vanuit verschillende standpunten en visies bekeken en besproken wordt. Vervolgens worden de antwoorden weer getoetst onder de deelnemers in een tweede ronde. Op die manier wordt er toegewerkt naar consensus onder de deelnemers en daarmee een gefundeerde gemeenschappelijke eindconclusie.
Meer weten over de versnellingskamer: lees hier